Conferentie over de vooruitgang in het onderzoek naar centro-temporale epilepsie
Op dinsdag 13 februari, ter gelegenheid van de Wereld Epilepsiedag, organiseerde de afdeling Neuropediatrie van het H.U.B een symposium over de vooruitgang in het onderzoek naar pediatrische centro-temporale epilepsie (ECT) in het HUDERF.
Centro-temporale epilepsie (ECT) vormt een belangrijk aandachtspunt in de kinderneurologie en is de meest voorkomende vorm van epilepsie bij kinderen. Het vertegenwoordigt ongeveer 20% van de gevallen van epilepsie bij kinderen in de schoolgaande leeftijd. Doorgaans manifesteert het zich tussen 5 en 9 jaar bij kinderen met een normale cognitie, met zeldzame epileptische aanvallen die na 1 of 2 jaar verdwijnen door de rijping van de hersenen. Een opmerkelijk kenmerk van dit epileptisch syndroom is de frequente aanwezigheid van interictale epileptische ontladingen, die zich buiten de epileptische aanvallen voordoen, vooral tijdens de slaap, zoals waargenomen tijdens het elektro-encefalogram (EEG).
Detectie van patiënten die baat hebben bij behandeling
Hoewel centro-temporale epilepsie zelden een anti-epileptische behandeling vereist, kunnen interictale ontladingen worden geassocieerd met cognitieve stoornissen, variërend van milde leerproblemen tot ernstige intellectuele of cognitieve en gedragsmatige regressie. Deze regressie kan omkeerbaar zijn na onderdrukking van de ontladingen door een anti-epileptische of immunosuppressieve behandeling. Het begrijpen van de impact van deze epileptische ontladingen op de intellectuele ontwikkeling van kinderen, vooral tijdens de slaap, is essentieel voor de behandeling van deze patiënten. Bovendien is de identificatie van betrouwbare biomarkers om te bepalen welke patiënten baat hebben bij een behandeling voor hun interictale ontladingen cruciaal.
Er lopen verschillende onderzoeksprojecten binnen de afdeling Neuropediatrie, in samenwerking met verschillende laboratoria van de ULB, om deze vragen te beantwoorden. Deze projecten worden ondersteund door de Belgian Kid's Fund, het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FRS-FNRS) en het Fond IRIS.
Een symposium om de balans op te maken
Het symposium van 13 februari had tot doel de vooruitgang van interdisciplinair onderzoek op dit gebied binnen de laboratoria te bespreken.
- Pierre Smeesters, Directeur van de Afdeling Kindergeneeskunde bij H.U.B, benadrukte het belang van translationeel onderzoek om de impact van epilepsie op de ontwikkeling te begrijpen.
- Simon Baijot, Verantwoordelijke van de pediatrische cognitiesector bij de Dienst Neuropsychologie en Logopedie van H.U.B, presenteerde de resultaten van een longitudinale cognitieve evaluatie uitgevoerd binnen de dienst, cruciaal om mogelijke cognitieve regressies en de respons op behandeling te objectiveren.
- Charline Urbain, mededirecteur van de Unit voor Neuropsychologie en Functionele Neuroimaging (UR2NF), deelde de resultaten van haar onderzoek naar de associatie tussen interictale ontladingen tijdens de slaap en leerstoornissen bij kinderen met ECT.
- Alec Aeby, Directeur van de Dienst Neuropediatrie bij H.U.B, presenteerde de resultaten van studies naar biomarkers die identificeren welke patiënten baat hebben bij een behandeling voor hun interictale ontladingen.
- Antoine Nonclercq, directeur van het Laboratorium voor Neuroanatomie en Neuroimaging translationeel onderzoek (LN2T), besprak het gebruik van een nieuw scalp MEG-systeem voor de diagnose en evaluatie van pediatrische epilepsie, vooral in ECT.
De ochtend eindigde met een discussie waarbij de deelnemers hun gedachten uitwisselden. Een volgende editie staat gepland voor 2025, met de bedoeling buitenlandse sprekers uit te nodigen. Een grote dank aan alle deelnemers voor deze verrijkende ochtend!
Programma Conferentie van 13 februari